Oefenen met breuken
Rekenen met breuken
Terwijl rekenen met breuken voor de één een fluitje van een cent is, is het voor de ander iets om wakker van te liggen. Breuken vragen abstract denkvermogen van een kind en doen een groot beroep op de eerder opgedane kennis van rekenen.
Zitten in die kennis hiaten, dan wordt het rekenen met breuken extra moeilijk. Dat is een probleem, want vanaf groep 6 zijn breuken in alle rekenmethodes vaste prik. En ook in het voortgezet onderwijs komen bij wiskunde de sommen met breuken weer terug. Het is dan ook belangrijk om de basis van het rekenen met breuken goed onder de knie te krijgen.
Oefenen met breuken
Op sommige scholen wordt al voor groep 6 een begin gemaakt met breuken. Denk bijvoorbeeld aan opgaven waarin een pizza of een taart in een aantal gelijke stukken moet worden verdeeld. Wanneer de basis goed is, kan uw kind de kennis van het rekenen met breuken stap voor stap verder uitbreiden. Maar als u merkt dat het rekenen problemen geeft, dan is het zinvol om uw kind extra te ondersteunen.
Dat kunt u doen met de oefenboeken en bijlesboeken van Smartie. Hierin worden alle onderwerpen van rekenen, dus ook de breuken, behandeld tot en met de stof van groep 6, 7 of 8, afhankelijk van welke oefenboeken u gebruikt.
Stapsgewijs werken
Bij het leren van rekenen met breuken, is het van belang dat uw kind eerst goed begrijpt wat breuken zijn. Van daaruit kan uw kind gaan leren om ermee te rekenen. In de oefenboeken van Smartie wordt de stof daarom stapsgewijs moeilijker, zodat uw kind stukje bij beetje steeds verder komt en de eigen rekenvaardigheden kan vergroten.
Dit draagt ook bij aan het zelfvertrouwen van uw kind. De boeken zijn zo ontwikkeld dat ze een uitgekiende aanvulling zijn op de lesstof in de klas. Bovendien kunnen ze gebruikt worden om te trainen voor de Citotoetsen, omdat de vraagstelling in de opgaves daarop aansluit.